Terug EPC-verplichting voor steeds meer gebouwen
EPC-verplichting voor steeds meer gebouwen
Expert Gerrit De Smet
Coördinator duurzaam en gezond bouwen
EPC voor grote niet-residentiële gebouwen vanaf januari 2024 niet alleen meer bij overdracht
Vanaf 1 januari moeten alle gebouweenheden van publieke gebouwen, met een bruikbare vloeroppervlakte vanaf 1.000 m², een EPC voor niet-residentiële gebouwen kunnen voorleggen. Het gaat onder meer over gebouwen van scholen, internaten, welzijnsvoorzieningen, gezondheidsvoorzieningen, overheidsbedrijven en lokale besturen.
In tegenstelling tot het EPC Publiek, dat nu al verplicht was, zal het EPC NR moeten opgemaakt worden door de gebouweigenaar, erfpachter of opstalhouder en niet door de gebouwgebruiker. Omdat de verplichting ook een uithangplicht inhoudt, moet de gebouweigenaar een kopie van het certificaat aan de gebruiker overhandigen zodat hij of zij het op een zichtbare plaats kan afficheren.
Welke informatie vind je op het EPC NR?
“Het EPC grote niet-residentiële gebouwen of EPC-NR bestaat uit een energielabel en een energiescore”, zegt Gerrit De Smet, coördinator duurzaam en gezond bouwen bij IDEWE. “Het label wordt bepaald op basis van het gemeten aandeel hernieuwbare energie ten opzichte van het totale energieverbruik. Een beter label kan dus bekomen worden door ofwel het aandeel van de hernieuwbare energie te verhogen ofwel het totale energieverbruik te verminderen. De energiescore is gebaseerd op een theoretische berekening van de energieprestatie. Het gaat over een ruwe berekening die vooral bedoeld is om informatief en sensibiliserend te werken.”
“Voor de berekening van de energiescore is het nuttig om over zo veel mogelijk informatie te beschikken van de geplaatste isolatie in gevels, daken en vloeren, het type raamprofielen en glas. Ook gedetailleerde informatie van de installaties zoals verwarming, koeling, ventilatie en verlichting zal de correctheid van de score verbeteren. Op het certificaat zullen verder ook aanbevelingen staan om de energiezuinigheid van het gebouw verder te optimaliseren.”
De energiescore zal steeds gekoppeld zijn aan één gebouweenheid, terwijl het label aan meerdere eenheden kan toegekend worden. De gemeten energieverbruiken kunnen immers van verschillende eenheden afkomstig zijn. Een verwarmingsketel kan bijvoorbeeld meerdere gebouweenheden bedienen.
Stapsgewijs naar 2030
De verplichting van de opmaak van dit nieuwe energieprestatiecertificaat zal in stappen verlopen.
- Vanaf 1 januari 2025 moet ook elke grote niet-residentiële eenheid, met een bruikbare vloeroppervlakte groter dan 1.000 m², over een EPC NR beschikken, ongeacht overdracht of verhuur.
- Vanaf 1 januari 2026 moet elke grote niet-residentiële eenheid over een EPC NR met energielabel beschikken, ook zonder overdracht of zonder dat het pand verhuurd wordt.
Ten slotte zal vanaf 2028 zal een minimumlabel E (minimum 5% van het energieverbruik moet hernieuwbaar zijn) gekoppeld worden aan publieke en overheidsgebouwen en vanaf 2030 komt er een minimumlabel voor de andere grote niet-residentiële eenheden.
Renovatieverplichting was al van kracht
Sinds 1 januari 2022 is er een renovatieverplichting van toepassing voor alle niet-residentiële gebouwen waarvoor een overdracht plaatsvond via aankoop, opstalrecht of erfpacht. Voor de grote niet-residentiële gebouwen betekent dit dat, behalve dakisolatie, ook beglazing met 1,0-glas, energiezuinige ruimteverwarming en milieuvriendelijke koelinstallaties voorzien moet zijn. De energievoorziening moet ook minimaal uit 5% hernieuwbare energie bestaan.
Gerelateerde nieuwsberichten
Blijf altijd op de hoogte: schrijf je in op de IDEWE-nieuwsbrief
Met duiding van autonome experts, én in heldere taal!
Blijf mee met alle ontwikkelingen in welzijn & preventie
Ontvang als eerste updates rond wetswijzigingen