Het ene mondmasker is het andere niet
Welk masker beschermt wie tegen bacteriën en virussen?
Met de uitbraak van het nieuwe coronavirus staat het mondmasker volop in de belangstelling. Er is echter veel verwarring over welk soort maskers bescherming biedt tegen biologische agentia zoals virussen en bacteriën.
Een mondmasker werpt een hindernis op voor in- of uitademing van besmette partikels in de lucht. Afhankelijk van het materiaal waaruit het gemaakt is (de filtratie-efficiëntie) houdt het respectievelijk druppels, kleinere druppelkernen of aerosols tegen.
“Het soort ademhalingsbeschermingsmasker dat je nodig hebt, hangt in grote lijnen af van wie moet beschermd worden en tegen welke agentia”, zegt Katrien Van Crombrugge, arbeidsarts en arts infectiepreventie bij IDEWE. “Wie anderen en dus de omgeving wil beschermen omdat hijzelf besmet is, moet een chirurgisch mondmasker dragen. Wil je jezelf beschermen tegen mogelijke besmetting van buitenaf, dan ben je aangewezen op een FFP2-masker. Mondmaskers kunnen voor een vals gevoel van veiligheid zorgen. Om beschermd te zijn voor infecties volstaat het immers niet om om het even welk masker te dragen.”
Een chirurgisch mondmasker
Een chirurgisch mond-neusmasker, is een dun masker dat los tegen het aangezicht zit. “Je kan dankzij een metalen strip het masker bovenaan wel een beetje aandrukken, zodat het beter tegen je neusbrug aansluit, maar het zit nooit echt stevig rond neus, mond en kin. Die maskers kunnen vermijden dat speeksel- en slijmdruppeltjes uit neus en mond geblazen worden en vervolgens rechtstreeks op gesprekspartners terechtkomen of op je eigen handen en armen waar ze vervolgens weer aangeraakt kunnen worden door andere mensen. In operatiekwartieren hebben ze een dubbel gebruik. Enerzijds worden ze gedragen om te voorkomen dat het operatieveld besmet wordt via de uitgeademde lucht maar anderzijds ook om te vermijden dat bloedspatten of andere vloeistoffen op het slijmvlies van mond of neus van de drager terechtkomen.”
Een FFP2-masker
Net als een chirurgisch masker bedekt ook een FFP2-masker mond, neus en kin. “Beide kunnen op het eerste gezicht op elkaar lijken maar het materiaal waaruit ze gemaakt zijn verschilt. FFP2-maskers filteren ook kleinere partikels dan druppels en beschermen bijvoorbeeld tegen besmette partikels die lang in de lucht blijven zweven, zoals bij influenza en coronavirus het geval is. Voorwaarde is hier wel dat het masker perfect aansluit op het gezicht, zodat alle ingeademde lucht ook effectief door het masker passeert. En daar loopt het vaak mis. In ziekenhuizen bijvoorbeeld koopt men vaak slechts één type maskers aan. Dat kan nooit optimaal aansluiten voor iedereen. Om te weten of een masker goed zit, kan de pasvormtest van pas komen. Daartoe wordt een onschadelijke bittere stof verneveld. Indien de drager van het testmasker de stof smaakt, is er een lek en past het masker bijgevolg niet optimaal.”
“Elk mondmasker heeft bovendien een verzadigingspunt. Vaak is dat al na 2 of 3 uur. Daarna moet de drager het masker in de vuilnisbak gooien en vervangen door een nieuw exemplaar.”
Hebt u vragen over mondmaskers of bescherming tegen infecties, contacteer dan onze experten.